Marcel uit Stadskanaal: ‘Sinds 7 jaar ben ik ook bevelvoerder. Ik werd ervoor gevraagd en heb ja gezegd. Als je een paar jaar bij de brandweer zit, is het logisch om door te stromen. De één wordt hoogwerkerspecialist, de ander chauffeur-pompbediende of bevelvoerder. Wat je gaat doen, hangt er maar net vanaf wat je goed ligt. Om bevelvoerder te worden heb ik anderhalf jaar lang een opleiding gevolgd van één dag in de week. Ik rijd als bevelvoerder wel anders naar de kazerne toe dan als manschap, met meer spanning. Ik moet keuzes maken over de eerste inzet, de druk is hoger. Als bevelvoerder ben ik degene die uiteindelijk beslissingen neemt, maar ik doe dat altijd in overleg.’
Bijzondere inzet
‘Een van de mooiste inzetten waar ik bij ben geweest, was het jongetje dat met zijn hand vastzat in een geldautomaat. Dat was geen standaard inzet, zoiets komt zelden voor. In eerste instantie dachten we: we fröbelen wat en dan hebben we hem zo los. Maar het bleek lastiger dan gedacht. Er werd opgeschaald. We hebben de geldautomaat ernaast helemaal uit elkaar gehaald om te kijken hoe zo’n automaat precies in elkaar zit. Op een gegeven moment begon de tijd te dringen, maar met een beetje geluk kregen we het jongetje op het laatste moment los. Later bleek ook nog dat hij zijn vinger kon houden. Het was geweldig om dat met elkaar tot een goed einde te brengen.’
Combinatie met gezin en werk
‘Ik ben eigenaar van een gezondheidswinkel in Stadskanaal. Mijn vrouw staat ook in de winkel. Als ik dienst heb, heeft zij ook dienst. Want anders kan ik niet weg als de pieper gaat. Inmiddels zijn mijn kinderen van 17 en 21 er ook helemaal op ingesteld. Die snappen heel goed dat ik in de buurt moet blijven om te kunnen uitrukken.’
‘Toen ze nog jonger waren was het soms nog wel eens zoeken. Ik werd een keer opgepiept en ben met de kinderen op de achterbank naar de kazerne gereden. Ik dacht dat ik binnen een half uur wel klaar zou zijn, maar het bleek uiteindelijk 3 uur te duren. Natuurlijk hebben we ook nu nog wel eens een moment dat we helemaal klaar staan om wat leuks te gaan doen met zijn allen, en dat dan de pieper gaat. Dan loopt de dag toch anders. Dat is dan zo, daar zijn we inmiddels aan gewend.’